“Mag ik op het leerplein?”

Op weg naar kindgericht onderwijs kiezen veel scholen voor speel-leerpleinen. Dat is een (open) ruimte als uitbreiding van het groepslokaal, met flexibele werkplekken of hoeken. Het plein kan verschillende functies hebben, zoals bijv. zelfstandige verwerking in de ochtend en groepswerk in de middag. In de onderbouw zie je vaak verschillende, rijke hoeken, die kinderen van de aangrenzende groepen uitnodigen om samen tot spel te komen.

Het werken met leerpleinen is iets om samen als team de schouders onder te zetten. Het vraagt visie, afstemming en afspraken, zodat voor ieder duidelijk is wat er wordt verwacht. Eenmaal ingericht en in gebruik, is het werken met leerpleinen een fantastische verrijking voor je kindgerichte werkwijze én uitbreiding van je speel- en leeromgeving.

Op onze social media krijg je een beeld van de leerpleinen van KC Bekkerveld. De kinderen van BS Tarcisius en de Catharinaschool gebruiken deze pleinen om samen te leren, te werken en te leven. Wil je hier ook mee aan de slag? Op de scholen die wij begeleiden ondersteunen we teams bij dit proces. Een greep uit de belangrijkste tips hebben we voor jou op een rijtje gezet. Natuurlijk hebben we er nog meer, neem gerust contact op als je meer wil weten!

Een greep uit onze tips, mede met dank aan de praktijkervaringen op de scholen:

  • Vanuit visie: bedenk vooraf hoe het werken met leerpleinen bij de visie van de school past. Wat is de meerwaarde? Waartoe dienen zij? Welke activiteiten vinden er plaats?
  • Vanuit gedragsverwachtingen: Zorg dat de routine zelfstandig werken voor zowel kinderen als professionals duidelijk afgesproken en visueel is. Verwachtingen zijn duidelijk, hulpmiddelen zoals blokjes, timers, stemwijzer zijn zichtbaar. Maak afspraken over het stemvolume en zorg ervoor dat zowel kinderen als professionals zich hieraan houden. Tip: de spionstem, liniaalstem of de groepjesstem. Een plein waar kinderen niet mogen praten is niet aan te raden. Dit vraagt voortdurend om controle en die is er niet altijd. Bovendien kunnen kinderen dan niet bij een maatje om hulp vragen en wordt het systeem en de kinderen erg leerkrachtafhankelijk.
  • Vanuit de kinderen: geef alle kinderen de kans om op het leerplein te werken en niet alleen de kinderen die dit qua werkhouding of executieve functies aankunnen. Het is juist de bedoeling dat zij dit leren, ga er daarom niet zomaar vanuit dat ieder dat kan, maar bouw het langzaam op en coach de kinderen die het nog moeilijk vinden.
  • Vanuit de professionals: Coach kinderen vanuit een duidelijke feed-up, feed-back en feed-foward. Focus op de doelen die kinderen willen bereiken. De vraag: “Is het jou gelukt om die staartdelingen te maken?” is vele male sterker dan “Heb je je rekenwerk al af?” Mooi als je kinderen complimenten geeft voor hun gedrag of werk, maar probeer wel te benoemen wát je zo goed vindt. Onderwijsondersteuners die tijdens de verwerking coachen op het leerplein volgen eerst de basisinstructie samen met de kinderen. Op die manier kunnen zij doelgerichter en effectiever feedback geven.
  • Vanuit het gebouw: bedenk vooraf wat de kwaliteit van de ruimte moet zijn. Denk hierbij aan aantal en soort werkplekken, het gewenste geluidsniveau, benodigde meubilair, visuele reminders en materialen.
  • Vanuit de organisatie: zorg dat je weet hoeveel kinderen er maximaal op het leerplein kunnen. Maak afspraken met de andere collega’s zodat je precies weet hoeveel kinderen uit jouw groep op welk moment van de dag daar kunnen werken. Voorkom dat kinderen geregeld moeten terugwandelen naar het groepslokaal, omdat zij bijvoorbeeld iets vergeten zijn. Veel scholen werken met een linkerlaatje en rechterlaatje, kinderen nemen het linkerlaatje mee naar het plein en dit wordt vooraf in de groep gevuld met alles wat er nodig is. Blokjes en schrijfmaterialen kunnen ook op het plein aanwezig zijn, dat scheelt veel onrust en heen- en weer geloop.
  • Vanuit de ouders: laat ouders in de gouden weken ook kennismaken met de ruimtes, de werkplekken en de professionals die er dagelijks werken. Neem hen mee in de visie van het werken met de pleinen en benoem het leerplein bij de naam.
  •  Noem het leerplein altijd bij de naam; je werkt op het leer- of speelleerplein en niet op de “gang”, want dat doet de ruimte geen recht.

Op onderstaande foto zie je de “Boomhut” van de midden- en bovenbouw van SKC Broekhem te Valkenburg. Da’s pas een creatieve benaming voor het plein.

 

 

Heb je nog aanvullingen? Of wil je graag vertellen hoe jullie op school het werken op (speel)leerpleinen aanpakken? Stuur ons even een berichtje dan nemen we deze info graag mee in dit artikel.